Op 24 maart 1885 wordt in Delft Cornelis Johannes Josephus (Cor) van Leeuwen geboren als eerste zoon van Willebrordus Gerardus van Leeuwen en Cornelia Maria Meijer.
Cor is vernoemd naar zijn overgrootvader. Die heet ook Cornelis Johannes. (Cornelis Johannes van Wijk) Zijn derde naam (Josephus), komt van een andere overgrootvader die hem ook als derde naam heeft. (Johan Gerard Joseph Meijer) Tijdens de geboorte leven zij beide nog.
Cor is geboren op het Achterom 143 in Delft. Zijn hele leven zal hij op het Achterom blijven wonen. Wel verhuist hij enkele malen naar een ander pand, waaronder het Achterom 7.
Hij is een gelukkige man. Hij moppert nooit en maakt graag een grapje. Hij is behoorlijk gelovig. Iedere zondag naar de kerk. Als de klokken luiden zegt hij: “Bim bam Cortje kom dan”, of als er een ander in de buurt is noemt hij de naam in verkleinde vorm van die persoon.
Het Home Insurance Building in Chicago Het Home Insurance Building in Chicago wordt geopend in dat zelfde jaar. Het heeft maar liefst negen verdiepingen. Nog net geen wolkenkrabber dat is in die tijd bij tien verdiepingen. Het is ontworpen door William Le Baron Jenney. Hij past voor het eerst een volledig staalskelet toe. Het is de basis voor de wolkenkrabbers, die vandaag de dag (in 2013) wel honderdzestig verdiepingen kunnen tellen. Het Home Insurance Building is gebouwd, vlak na een grote stadsbrand. Dit zakelijke middelpunt van de Verenigde Staten heeft snel nieuwe gebouwen nodig. Het heeft echter te kampen met hoge grondprijzen. Daar de technieken van het bouwen en de kennis van de materialen sterk zijn verbeterd, ligt het voor de hand dat men de hoogte in gaat bouwen.
Standbeeld Hugo Grotius
Kiesrecht Eveneens in het jaar 1885 gaan duizenden mensen naar Den Haag om daar te demonstreren voor kiesrecht. In die tijd het is namelijk zo dat alleen de mannelijke belastingbetaler mag stemmen. Hoe meer vermogen iemand heeft, hoe meer belasting die persoon betaalt, hoe groter de zeggenschap. Zo gaat het al eeuwen. De leider van de kiesrechtactie, Friedrich Wilhelm Gebing, spreekt daar de “Nationale Volksvergadering” toe. Hij geeft aan dat hij een enorme menigte vertegenwoordigd en dat de regering weigerachtig is ten opzichte van het kiesrecht. Hij dreigt zelfs, als hun eis niet ingewilligd wordt, met een revolutie die zou kunnen plaatsvinden. En zoals we nu weten heeft hun actie zin gehad.
In het jaar 1892 doet de minister van Binnenlandse Zaken, Tak van Poortvliet, een voorstel om alle mannen die kunnen lezen en schrijven en niet te arm zijn, kiesrecht te geven. Dat roept veel weerstand op. Minister Tak paste daarop zijn voorstel aan: de kiezer moet een vaste woning hebben. De meerderheid van de politici wil veel meer. Want ook een éénkamerwoning, allemaal arbeiderswoningen, vallen hieronder. En dat betekent dat ineens een grote groep arbeiders stemrecht krijgen, iets wat de conservatieve politici niet zien zitten. Om deze kwestie treedt Tak af.
In het jaar 1896 stelt de kieswet dat het begrip 'geschikt' afhangt van factoren als: belasting, loon of pensioen, spaargeld, huurwaarde van je woning en behaalde diploma's. In de praktijk blijkt dat dit een kleine toename van het aantal kiezers geeft. De geschiktheid is maar zo'n veertien procent van de volwassen bevolking. Veertien procent van de bevolking heeft dus kiesrecht.
|
||||||||||||||||||||
Koning Willem III In de begin jaren dat Cor leeft, heeft Nederland een Koning. Koning Willem III sterft op 23 november 1890. Zijn dochter Wilhelmina bestijgt de troon met haar moeder koningin Emma als regentes. Wilhelmina had drie halfbroers uit een eerder huwelijk van koning Willem III, maar die waren alle drie voor 1890 overleden. Wilhelmina is waarschijnlijk geen biologische dochter van de koning. De koning zou op oudere leeftijd syfilis hebben en daardoor vermoedelijk onvruchtbaar zijn. Als zijn biologische vader wordt dan genoemd: Jonkheer S.M.S. de Ranitz, particulier secretaris van koningin Emma. Op zich is dit voor de erfopvolging geen probleem, omdat Emma via haar moeder een afstammeling is van de dochter van stadhouder Willem IV, Carolina van Oranje-Nassau, en diens afstammelingen zijn nog in de grondwet van 1917 gerechtigd tot de Nederlandse troon. Sinds het overlijden van koning Willem III hoort Luxemburg niet meer tot het koninkrijk der Nederlanden. Nederland kreeg een vorstin. Koningin Wilhelmina besteeg de troon, maar tot haar 18e jaar zou haar moeder de regentes zijn, wat inhoudt dat Wilhelmina nauwelijks tot geen zeggenschap heeft. Op 7 februari 1901 treedt Wilhelmina in het huwelijk met Hendrik, zoon van groothertog Frederik Frans II van Mecklenburg-Schwerin. Hun huwelijk is aanvankelijk gelukkig, maar brengt de eerste jaren vier miskramen. Dit leidt bij sommigen tot onrust, want als Wilhelmina kinderloos zal overlijden gaat de troon waarschijnlijk naar een Duitser. Men vreest voor een vergrote Duitse invloed of zelfs annexatie van Nederland. Gelukkig wordt op 30 april 1909 Juliana geboren. In heel Nederland wordt het spontaan gevierd. Als toegewijd moeder aanbidt Wilhelmina haar dochter en zij brengt velen uren met haar door. Ze kleedt en verzorgt haar kind zelf, in plaats van dit aan een kindermeisje over te laten. Cor zal ook koningin Juliana’s periode helemaal meemaken. In 1980 maakt hij namelijk ook nog mee dat Juliana de kroon overdraagt aan haar dochter Beatrix.
|
||||||||||||||||||||
Drinkwater en de Delftsche watertoren. Aan het begin van de 19e eeuw kwam het water uit vervuilde grachten. Men ontdekt dat verontreinigd drinkwater cholera en tyfus veroorzaakt. Daarom worden waterleidingsystemen ontwikkeld, waarbij natuurlijk gezuiverd water in schone gebieden (bijvoorbeeld de duinen) worden gewonnen. Het water wordt direct via buizen naar de afnemers gepompt. Het duurt nog tot jaar 1887 voor Delft het drinkwater via een waterleiding uit de watertoren in Monster krijgt. Al snel blijkt dat als het water uit Monster moet komen, de druk door lange afstand soms weg valt. Dit was de aanleiding om in Delft een tweede reservoir te plaatsen. Even had men overwogen om dit reservoir in de toren van de Nieuwe Kerk te plaatsen. Maar men besluit een watertoren te bouwen, op het voormalige bastion voor de Haagpoort waar zich van 1829 tot 1874 de gemeentelijke begraafplaats bevond.
In het jaar 1896 wordt de watertoren in bedrijf is genomen. Cor zal ongetwijfeld hebben gezien hoe de bouw vorderde. Het is een toren geworden met een hooggelegen waterreservoir van ca. 600.000 liter ten behoeve van de drinkwatervoorziening. De 29 meter hoge toren is ontworpen door gemeentearchitect M.A.C. Hartman. De constructie bestaat uit metselwerk en stalen balken. Het water bevindt zich binnen het uitkragende gedeelte in een zogenaamde Intze-II-reservoir: een geklonken stalen bak (inhoud 600 m³) met een dubbel gewelfde bodem, die met een ringvormige goot op het torenlichaam rust. De architectuur is kenmerkend voor de bouwtijd: neorenaissance. Het romantische uiterlijk, dat door de kantelen iets kasteelachtigs heeft, wordt nog versterkt door de fraaie ligging in het groen.
De toren is sinds de bouw nauwelijks veranderd. Alleen worden in het jaar 1908 een betonnen tussenvloer en een ijzeren spiltrap aangebracht en wordt de pomp buiten de toren geplaatst.
Als gevolg van het toenemende waterverbruik wordt in het jaar 1918 vlak bij de toren een reinwaterkelder (inhoud 1900 m³) aangelegd in het plantsoen van het Kalverbos. De plaats van de kelder is herkenbaar aan de begroeide heuvel. Half op het reservoir wordt een pompgebouwtje opgetrokken, waarin ook de regelapparatuur wordt ondergebracht. Het drinkwater werd opgeslagen in reinwaterkelders, van daaruit opgepompt naar een hoog reservoir (meestal in een toren) om vervolgens via het drinkwaterleidingnet naar de gebruikers vervoerd te worden. Daardoor was de leidingdruk vrij constant en beschikte men bovendien over een noodvoorraad, voor het geval er niet gepompt kon worden.
In het jaar 1921 zal Delft het drinkwater ook uit Rotterdam krijgen, waar wel eerst een extra pompstation moet worden gebouwd. Dit provisorische station wordt in het jaar 1972 door een nieuw vervangen, toen twee reinwaterkelders van elk 3000 m³ in de Wippolder in gebruik werden genomen. De oude watertoren functioneert tot eind 1996. Hij staat er nu nog als monument.
Uitvindingen van het begin van de twintigste eeuw. In 1901 verschijnt de stofzuiger voor het eerst op de markt. Hij weegt echter 50 kg en maakt zo’n lawaai dat als er binnen gezogen wordt, buiten de paarden op hol slaan. In 1907 wordt het ding verbeterd. Het weegt nog maar 20 kg! De volgende grote vooruitgang is in 1920, de weggooizak wordt toegevoegd. Toch zal het nog duren tot 1939 voor de stofzuiger zijn intrede doet in het huishouden.
In het jaar 1903 zijn het de broers Wright die voor het eerst in de geschiedenis een vlucht maken met een zelfgebouwd vliegtuig. Het lukt hen een toestel te ontwerpen dat een paar seconden in de lucht kan blijven.
In het jaar 1907 wordt het polshorloge uitgevonden. Dit is het eerste teken dat het begrip tijd belangrijker gaat worden. |
||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||
De zaak
Hoe Cor de zaak is begonnen is mij niet bekend, maar als we kijken welke hulpmiddelen hij heeft om de producten te bezorgen dan weten we eigenlijk wel zeker dat hij is begonnen met een handkar die hij later verving door een hondenwagen. De hond die op die foto staat is waarschijnlijk van Cor.
Cor verdient in het jaar 1917 950 guldens per jaar. Dit lijkt voor ons, nu bijna een eeuw later, heel weinig. Toch is het voor die tijd een gewoon salaris. Hij behoort dan tot de groep mensen met een modaal inkomen.
Cor huwt Marie. Op 17 januari 1912 treedt Cor voor de burgerlijke stand van Delft in het huwelijk met Maria Catharina (Marie) Bol (geboren op 10 januari 1885 in Loosduinen tegenwoordig Den Haag), dochter van Adrianus Bol en Apolonia Kortekaas. Hij is dan 27 jaar en zij is net 28 jaar jong.
De eerste kinderen in het gezin. In dat zelfde jaar wordt de lopende band uitgevonden. Dit is het begin van de massaproductie. Al snel zullen er ook melkflessen van de lopende band komen.
Op 15 juni 1915 wordt in Delft weer een zoon geboren. Ze noemen hem, Adrianus Simon Franciscus. Helaas is hem geen lang leven beschoren, want na ongeveer 10 maanden overlijdt hij in Delft op 30 april 1916. In die tijd is het gebruikelijk om soms binnen een gezin een voornaam vaker te gebruiken. Zo wordt op 26 september 1917 in Delft hun derde zoon geboren. Ook hij wordt Adrianus genoemd. Zijn volledige naam is Adrianus Jacobus Franciscus.
Kiezerslijst
|
||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||
De rest van hun kinderen worden geboren. Op 1 augustus 1919 wordt in Delft Cors eerste dochter geboren, ze noemen haar Cornelia Apolonia Johanna Francina. Zijn tweede dochter, Apolonia Johanna Josephina Francisca (Paula), wordt in Delft geboren op 14 maart 1921. Het is 23 juni 1927, Cor is 43 jaar, als zijn vrouw Marie hun laatste kind baart. In Delft wordt hun vierde zoon Gerardus Theodorus Antonius (Gerard) geboren. In totaal heeft Cor dus 6 kinderen, 2 dochters en 4 zonen, waarvan 1 zoon nog geen jaar is geworden.
De zaak 50 jaar. In juli 1933 vieren Cornelis en zijn vader het 50 jarige bestaan van de zaak. Het moet een gezellige winkel geweest zijn, want de familie was heel gast vrij. Als je langs komt krijg je altijd te drinken. De kinderen kregen dan limonade, gemaakt van siroop met water. Cor is een gezellige prater. Hij heeft een bijzondere manier van praten. Hij praat langzaam en duidelijk. Als hij je iets wil zeggen aan zijn zoon Wim, dan zegt hij dat zo: “Zeg wim…” en dan volgt er een korte stilte, waarna hij weer verder gaat. Het lijkt wel of hij wacht, tot hij de volledige aandacht heeft. En waag het niet om de stad in te gaan en je fiets in de fietsenstalling van Rode Willem op de Beestenmarkt in Delft, een café waar je vroeger ook je paard kon stallen, te zetten. Cor is dan niet blij en Marie is er niet over te spreken. Ze zeggen dan: “Zet je fiets bij ons, dat spaart je weer 10 cent uit.”
De tweede wereldoorlog Mei 1940, Cor moet zijn koeien melken. Hij mag zijn land niet op, want er vliegen Duitse vliegtuigen over die parachutisten droppen. De Nederlandse militairen schieten op hen. Toch stapt Cor zijn land op en gaat met gevaar voor zijn leven zijn werk doen.
Van mei 1940 tot januari 1942 werkt Cors nichtje Corry Vieveen bij hem in de zaak. Zij is 13 jaar als ze daar begint. Dit kan, omdat je tot 12 jaar leerplichtig bent. Tegenwoordig is dat tot je 17e jaar. Ze werkt daar niet alleen, maar ze woont er ook bij in.
Als de oorlog uitbreekt, wacht Cor een dagje. Dan zegt Cor tegen zijn nichtje Corry en zijn dochter Paula: “Zeg tegen ome Nelis: Stommetje op de hooizolder.” In “Leeuwendeel 2005” staat het verhaal dat zijn zoon Wim zich in vrouwenkleding moet hijsen om zo veilig op de boerderij van Cor te komen. Op bevel van Adolf Hitler moeten alle mannen, van 18 jaar en ouder, zich melden om voor de Duitsers te werken. Dus ook zijn zoon Gerard werd bij Cor in veiligheid gebracht.
Later in de oorlog vorderen de Duitsers zijn paard en wagen om naar Den Haag te gaan. Dit houdt in dat hij ze kwijt is. Cor staat ze niet af en biedt aan om ze naar Den Haag te brengen. Zo kan hij zijn paard en wagen houden.
In Rozendaal is op 31 december 1944, Cors oudste zus Catharina Maria (Ca) van Leeuwen na een langdurige ziekte overleden. Door de oorlog heeft de familie hier niet over gehoord. Pas na de oorlog krijgen ze dat, door een bezoek aan haar klooster, te horen.
Nog midden in de oorlog, maar waarschijnlijk met goede hoop op een snel einde daarvan, trouwt de 26-jarige Cornelia op 10 januari 1945 voor de burgerlijke stand van Delft met de 27-jarige Simon Leonardus Paap. Wat nog niemand met zekerheid kan zeggen, is dat het einde van de tweede wereldoorlog er aan komt.
De jaren na de oorlog Na de tweede wereldoorlog breekt er een tijd aan, waarin Nederland zo goed en zo kwaad als kan, bouwt aan een nieuwe toekomst. Ook Cor heeft zijn steentje bijgedragen. Al is het alleen maar het voorzien van de nodige zuivelproducten. Hij zal vast wel meer gedaan hebben, maar dat is mij niet bekend.
Paula, Cors jongste dochter, trouwt op 12 juni 1946 te Delft, met Gerard Fredericus Meijer. In dit jaar wordt ook de magnetron uitgevonden. Het zal echter nog ruim veertig jaar duren voor deze bij veel mensen in het huishouden niet meer is weg te denken.
De jaren ‘50 In het jaar 1950 heeft ongeveer 17 procent van de bevolking een badkuip of een douche. Meestal gaan de kinderen op zaterdag in de huiskamer in een teil. Het water wordt zelfs niet eens ververst bij de kinderen die na het eerste kind gewassen moeten worden. Bij mooi weer worden de kinderen ook wel eens buiten gewassen. Dit mondt wel eens uit in een waterballet. Want wat is er nu leuker dan even een broertje nat te spuiten met koud water?
In de jaren ’50 is het, volgens een krant uit die tijd, behoedzaam eten. Voor veel mensen houdt dit in dat ze vooral boterhammen met tevredenheid eten. Boterhammen zonder beleg dus. Verder at men kruimige aardappels met jus en doorgekookte groenten. Macaroni met blokjes boterhamworst en tomatenketchup was voor velen al gewaagd.
Er is in deze tijd nog weinig verkeer. In heel Nederland zijn er in 1950 zo’n 139.000 auto’s. Kinderen kunnen dan onbezorgd op straat spelen. In de lente wordt er veel geknikkerd, daarna prik- en zweeptollen en meisjes gaan kaatsenballen. In de winter konden er soms dagen lang sneeuwbalgevechten plaatsvinden.
Een zaak zoals Cor heeft, is niet uniek. In die tijd is het heel gewoon dat er een melkboer, een groenteboer, een bakker of een petroleumman aan de deur komt. Door de straten loopt ook een voddenboer die met luide stem om oude kleding of andere stoffen of huiden roept. De melk kan niet lang bewaard worden, dus vooral bij warm weer moet de melk snel gekookt worden anders wordt het zuur.
“De Efteling”
Emigratie naar Australië. Na de bevrijding van Nederland, begonnen steeds meer mensen in het openbaar te praten over emigratie naar Australië. Dat is niet zo verwonderlijk, want het waren geen makkelijke tijden. In het jaar 1952 heeft ook Cors dochter Paula een gezin met 2 zonen. Jack is drie jaar en Kees is zes maanden oud. Haar man Gerardus Fredericus (Gerard) Meijer heeft een groentenwinkel. Eerder was hij in loondienst bij een andere groentehandelaar en een kruidenier. Zijn militaire dienstplicht vervulde hij op vliegveld Ockenburg. In de oorlog was hij tuindersknecht tot de Duitsers hem krijgsgevangene maakte. Na de oorlog begint hij voor de derde maal zijn eigen groentenwinkel, maar in 1950 constateren ze dat de groentenhandel achteruit gaat. Het gezin heeft het idee dat ze ergens anders naar toe moeten gaan om een nieuw leven te beginnen. Ze volgen de Nederlanders die al eerder naar Australië zijn geëmigreerd. Australië is een land dat ver weg ligt. Het duurt wel vijf weken voor ze er aan komen. Eerst blijven ze een week in Bonegilla om bij te komen van de reis en te wennen aan het land. Daarna zoeken ze een huis. In een zuidelijke voorstad van Melbourne, Port Philip Bay, vinden ze een prachtig oud huis in een buurt waar in de meeste huizen een huisknecht de deur opent. Gerard heeft werk gevonden in een ziekenhuis vlak bij huis.
Als Paula met de kinderwagen gaat wandelen, staart iedereen haar aan. Is ze niet beschaafd gekleed? Ze kleden zich als de inwoners daar. Maar een paar weken later kijkt nog steeds iedereen naar hen. Ze vragen aan iemand waarom de mensen zo kijken. Het antwoord is dat iedereen weet dat ze uit Nederland komen en dat ze van Nederlanders verwachten dat ze in de traditionele Nederlandse kleding lopen. Zo zijn er meer vreemde situaties, maar het gaat wat ver als ik dat allemaal hier ga opnoemen. Al die rariteiten blijven haar bij, want veel later schrijft ze alles op en wint er een grote prijs mee. Ze komt dan ook naar Nederland, dat ze zo mist, om even vakantie te houden. Een maal in Nederland mist ze de ruimte die ze in Australië heeft. Nee, terug wonen in Nederland wil ze niet meer. Maar als vakantie land ziet ze het nog wel zitten. |
||||||||||||||||||||
De ontdekking van het DNA. In het jaar 1953 ontdekt Francis Crick, een Amerikaan, “het geheim van het leven”. Wat hij werkelijk ontdekte, is DNA. Een soort wenteltrap met alle genetische elementen. Het is een grote vondst, want vanaf dat moment kan de medische wetenschap zich hierop storten. Oorzaken van diverse kwaaltjes en ziekten zullen hier gevonden worden. En eenmaal de oorzaak gevonden, dan zal de oplossing er ook wel komen.
Geen rustige tijden.
Ook worstelt Nederland nog met het eigen koloniale verleden. Neem bijvoorbeeld het zelfstandige Indonesië. Hoe gaan we daar mee om?
Of wat te denken van de watersnoodramp in februari 1953?
Op 1 juni 1953 verhuist het gezin van Achterom 143 naar, de andere kant van het water, Achterom 32.
Enkele maanden later trouwt Gerard, jongste van het gezin en de laatste die nog thuis woont, te Delft op 2 september 1953 met, Catharina Anna Helena Sassen geboren te De Rijp op 7 januari 1932. Ook dit krantenknipsel hier links wil ik jullie natuurlijk niet onthouden. Zij krijgen samen vier dochters.
Cor Snor
Marie overlijdt Op 11 januari 1955 overlijdt, een dag na haar verjaardag, zijn vrouw Marie. Marie was een echte huisvrouw, wat in die tijd heel gewoon is. Zij runde het huishouden en zorgde voor het eten. Dit blijkt ook wel uit het feit dat Cor na haar overlijden, zolang hij dat kan, iedere dag bij zijn kinderen komt eten. Dat gaat ongeveer op toerbeurt. De ene week bij zijn zoon Gerard de andere week bij zijn dochter Corry (door hem ook wel zus genoemd). Op zondag gaat hij naar zijn zoon Wim. Hij fietst daar naar toe en eet dan bij hem, waarna hij weer naar huis gaat. Als hij weg gaat zegt hij: “Dag mammaatje dag pappaatje.” Op een gegeven ogenblik kan Cor het niet meer en komen de kinderen zelf naar Cor toe om het eten te brengen. Ik vermoed door deze verhalen dat Cor nooit heeft leren koken.
Jaren ‘60
In de Jaren ’60 heeft zijn zoon Gerard de zaak over genomen. Cor blijft hem helpen. In die tijd is het ook lastig om aan water te komen. Cors kleinkinderen worden er op uit gestuurd om water te halen op de Broekmolenweg. Ze moeten daar lange tijd in een rij staan.
Cors kleding wordt gewassen bij Wasserij Koot. Deze wasserij is eigendom van een familielid.
Cor is een man met grote handen, grote oren, grote snor en grote wenkbrauwen. Hij laat zijn haar en zijn snor bijhouden door een barbier in de buurt. Hij gaat daar met de fiets naar toe. Zelfs als hij niet meer kan fietsen, gaat de fiets mee. Die gebruikt hij als een soort wandelstok.
Pruimtabak
De rollator
Vooruitgang Cor heeft geen behoefte aan vooruitgang in techniek. Zo heeft hij wel een waterleiding, maar daar komt geen warm water uit. Een koelkast vindt hij niet nodig. Hij bewaart zijn producten in een kelder. Maar als er uiteindelijk toch een stuk techniek in huis komt dan gebruikt hij het maar wat graag. Neem nu de televisie. Er zijn maar twee televisiezenders: Nederland 1 en Nederland 2. Hij gaat om 19 uur naar bed, daar vandaan heeft hij zicht op de televisie die altijd op dezelfde zender staat. Welke dat is weet ik niet. In het begin bedient hij de televisie met zijn wandelstok. Later gebruikt hij een lichtschakellaar om de televisie aan of uit te zetten. Het geluid van de televisie moet ook altijd hard staan, want een gehoorapparaat heeft hij niet. Verder heeft hij een tweepits gaskooktoestel. Hierop kookt hij iedere ochtend het water om er koffie van te maken. De koffiepot, met een tuit als een slurf, gaat vervolgens op de kachel om zo de hele dag te kunnen gebruiken. Hij drinkt de koffie uit de tuit van de koffiepot.
Zijn wandelstok heeft hij altijd in de buurt en dat is niet alleen voor het wandelen of de TV. Hij gebruikt het ook i.p.v. een honkbalknuppel. Want waar onze Cor ook niet van houdt, is het mee gaan met de veranderende tijd. De tijd wordt langzaam maar zeker toch harder. Er wordt steeds vaker ingebroken. Dus wordt het zo langzaam maar zeker toch tijd dat het slot op de voordeur wordt vervangen. Tot nu toe kan men met een loper de deur openen. Maar het is vaak nog makkelijker, je kunt de deur via een raampje openen.
Als je bij Cor het huis in gaat, sta in een gangetje met vijf deuren. Ze zijn van het toilet, de meterkast, de trap naar boven, de keuken en de woonkamer. In het midden staat een tafel. Cor zit meestal in het midden aan deze tafel. Op een gegeven ogenblik komt er een brug voor zijn voordeur. Hoe hij daar dan over denkt weet ik niet, maar hij verkiest wel een andere plek aan de tafel. Hij gaat aan de kop zitten. Op die manier kan hij zien wie er allemaal over de brug gaan. Als je er verstand van hebt, zie je in een hoek van de kamer een po-stoel staan. Als we het dan toch over de inrichting hebben, dan moet ook het toilet genoemd worden. Als je bij hem naar het toilet wil, dan moet de deur open blijven, anders kan je niet fatsoenlijk op de pot blijven zitten, zo klein is de toiletruimte. |
||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||
Lekker eten
Kleinkinderen
In het jaar 1962 wordt Cor 77 jaar. Hij zegt dan dat hij twee hakbijltjes oud is geworden. Elf jaar later is dat twee krakelingen.
Als de kleinkinderen (van de familie Paap) hun Heilige Communie doen is Cor van de partij. Dit is iets dat hij heel fijn en belangrijk vindt. Cor heeft altijd een warm hart voor kinderen. Kleinkinderen krijgen dan ook altijd wat te drinken. Als het geen aanmaaklimonade is, dan is het meestal wel chocomel.
Kleindochter Beb Paap vult samen met Cor de oliekachel bij. De olie liep niet snel genoeg door. Cor doet wat olie in de kachel en wil het met een krant en een lucifer aan steken. Met als gevolg dat er een steekvlam volgt. Zijn grote wenkbrauw stond daarna in brand.
Als het regent en je zegt tegen Cor: “Wat een weer.” Dan zegt Cor: “Het meeste valt er naast en als je zoveel regen krijgt als ik, dan krijg je nog wel wat.”
Kleurentelevisie In december 1967 wordt er voor het eerst een kleurentelevisie uitzending gemaakt. Een kleurentelevisie kost ongeveer 3000 gulden, een flink bedrag voor die tijd. Door de toenemende welvaart in de jaren ’60 konden heel wat gezinnen een televisie aanschaffen. Eindelijk hoeft men niet meer te raden welke kleuren de kleding van de personen die op tv. verschijnen zouden hebben en of het decor wel de kleur heeft die men denkt dat het heeft. In datzelfde jaar was ook het eerste bloot te zien op televisie.
Cor in de baggersloot
Jaren ‘70
Het overlijden van Wim en Gerard Enkele maanden later wordt Cors laatst overgebleven zoon Gerard in de borst gestoken met een mes. Hij overlijdt op 10 februari 1974 in het Hyppolytusziekenhuis in Delft. Hiermee heeft Cor alle 4 zijn zoons overleefd.
De draagbare telefoon In Zweden wordt in 1979 de draagbare telefoon uitgevonden. (Niet te verwarren met de mobile telefoon van tegenwoordig, wat het bereik was niet veel verder dan vanaf het huis waar een basisstation staat.) Maar men zit niet meer gebonden aan de lengte van de telefoondraad. Eindelijk kun je met iemand spreken, die aan de andere kant van de wereld is, terwijl je moeiteloos door het huis loopt. Ook de draaischijf die werkt op pulsen en een ratelend geluid geeft bij iedere nummer keuze, wordt steeds vaker vervangen door druktoetsen die een puls toon (zeg maar een piepje) geven per nummer.
Cors einde nadert. Aan het eind van zijn leven moet hij verzorgd worden. Dit namen voornamelijk zijn kinderen met hun echtgenoten (en daar de kinderen van) op zich. Zijn kleinkinderen vinden het eten brengen lang niet altijd even leuk. Dit houdt in dat ze met een pan met eten naar hun opa moeten lopen en dan wachten tot het eten op is. Cor vertelt graag over zijn verleden en als je al weinig zin hebt om daar naartoe te gaan, ja dan wil je die verhalen ook niet altijd horen. Cor is wil dankbaar voor de verzorging die hij krijgt. Hij heeft eigenlijk altijd een trommel met koekjes. En het komt dan ook wel eens voor dat de koekjes oud zijn. Sommige van de kleinkinderen merkten dat en nemen dan in het vervolg het kleinste koekje. Waarop Cor zegt dat ze er nog één mogen. Als je geen zin hebt en langzaam naar de deur schuifelt, is het nog niet gemakkelijk om bij opa weg te gaan. Maar als je dan eenmaal bij de deur bent, dan kan je als je geluk hebt even snel “Dag opa!” roepen en hard weg rennen. Maar er zijn ook kleinkinderen die graag naar die verhalen van vroeger luisteren.
Nadat er lange tijd studenten boven Cor gewoond hebben, waar hij eigenlijk weinig contact mee heeft, gaat Wil Paap boven hem wonen. Het eerste wat er moet gebeuren, is de hele bovenverdieping verbouwen. Als de verbouwing achter de rug is komt Cor ook eens een kijkje nemen hoe zijn kleindochter (en nieuwe boven buur) gaat wonen. Het is een grote wens van Cor om niet naar een verzorgingshuis te hoeven. Hij wil geen 100 worden, want dan komt de burgemeester op bezoek en dat vindt hij onzin en overbodig. Cor wordt zwakker en de familie neemt het op zich om Cor iedere dag recht op in zijn stoel te zetten. Cor wilde altijd de leeftijd van twee krakelingen halen, 88 dus. Dat heeft hij veruit overtroffen. Aan het eind van zijn leven, moet Cor ook zelfs in en uit bed gehaald worden. Cor is een gelovige man. In zijn laatste dagen zegt hij op een zonnige dag: ”Het zonnetje schijnt en ik voel nattigheid." Hij staat er op dat er na zijn dood een bidprentje gemaakt wordt. Uiteindelijk zal hij overlijden aan vocht achter zijn longen. Hij overlijdt in Delft op 27 september 1981. Hij is 96 jaar oud geworden. Hij wordt begraven op de begraafplaats Iepenhof in Delft. Deze begraafplaats was ooit zijn eigen grond aan de Delfgouwseweg. |